Een articulatiestoornis treedt op wanneer een persoon één of meerdere klanken niet of niet goed kan uitspreken. Lispelen is daar een bekend voorbeeld van.
Tijdens de therapie gaan we een probleemklank eerst aanleren op klankniveau, bv. ssssss, daarna gaan we verder op woordniveau.
Later oefenen we de klank op zinsniveau en breiden we het geleerde uit naar de spontane spraak.